Politieke peilingen
Zijn ze betrouwbaar? En wat zijn de gevolgen?
11 mei 2022
Peilingen naar het stemgedrag van mensen zijn zo oud als verkiezingen zelf. Soms geven ze een juiste weergave, maar heel vaak ook niet. Toch hechten politici (én journalisten) er erg veel belang aan. Getuige daarvan is bv. CD&V-voorzitter Joachim Coens die na De Stemming, een peiling van VRT en De Standaard, ontslag nam omdat in de peiling zijn partij net geen 9 procent zou behalen.
In dit themadossier bekijken we de mogelijke gevolgen van deze politieke peiling, maar wordt ook de vraag gesteld naar de betrouwbaarheid ervan.
Wie heeft baat bij vervroegde verkiezingen?
Herman Matthijs bekijkt op Doorbraak de resultaten voor de twee landsdelen en concludeert dat vervroegde verkiezingen vooral de winnaars uit de peilingen ten goede zou komen. Aan Vlaamse kant zijn dat, opvallend genoeg, Vooruit van Conner Rousseau, maar ook, minder opvallend, Vlaams Belang, en de PVDA. Aan Franstalige kant lijken dan weer de liberalen onder leiding van Georges-Louis Bouchez en de groenen van Ecolo baat te hebben bij vervroegde verkiezingen.
Wetenschappelijk drijfzand
Waar Herman Matthijs in het vorige artikel uitgaat van de waarachtigheid van de De Stemming, trekt Tom Cochez op Apache de betrouwbaarheid van de opiniepeiling in twijfel. Hij kijkt naar de manier waarop De Stemming tot stand is gekomen, en komt tot de vaststelling dat ze gebouwd is op wetenschappelijk drijfzand, niet representatief is, en conclusies trekt op basis van te weinig gedefinieerde aannames die bovendien vaak racistisch zijn. Daarnaast wordt nauwelijks rekening gehouden met de foutenmarge die bij dergelijke peilingen heel normaal is.
Vragen en discussiepunten
Doorbraak: Welke lessen trekken we uit de peilingen?
Apache: Als De Stemming stemmingmakerij wordt
Stel dat CD&V 10,4% haalt, had voorzitter Joachim Coens dan wel ontslag genomen?
Tussen Vlamingen en stemgerechtigden uit het Vlaams Gewest gaapt een gigantische kloof. De eerste groep bestaat immers uit ruim zeven miljoen mensen. De tweede groep telt 4,84 miljoen mensen.
De veronderstelling dat de 2,16 miljoen Vlamingen die niet-stemgerechtigd zijn in het Vlaams Gewest er een andere visie op nahouden, is allerminst vergezocht. Die groep bestaat voornamelijk uit niet-stemgerechtigde jongeren, uit mensen die hier legaal verblijven maar geen stemrecht hebben en uit Vlamingen uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die – afgaand op de vaststelling dat Groen de grootste partij is in de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie – doorgaans een stuk progressiever zijn.